Gradus Johannes Verpoort

Roepnaam Gerard

Herinnering aan mijn oom Gerard

Geboren werd je op 20 maart 1915 in Den Haag. Nog minderjarig, meldde je je al aan bij de Marine. Je werd goedgekeurd, alleen de handtekening van je vader ontbrak, daar je nog
niet meerderjarig was. Deze was het totaal niet eens met je plannen en gaf geen toestemming. Echter, zodra 21, meldde je je wederom aan, dit keer bij de Landmacht.

Je vader kon je niet langer tegenhouden, maar was het ook dit keer niet met je keuze eens.
Je ging, een woedende (of was het wanhopige?) vader, een uiterst verdrietige moeder, 2 broers en 2 zusters achterlatend.

Je ging, niet om je af te zetten, er waren diverse redenen, vooral wilde je je horizon verbreden, iets maken van je leven, iets goeds doen. In dienst gaan, zag je als een kans.
Op 13 mei 1936 vertok je vol verwachting met de M.S. Sibajak naar Indië.

Je eerste brief naar huis, schreef je al na een dag, er zouden nog vele brieven volgen. Helaas zijn slechts de brieven tot november 1938 bewaard gebleven.
Opvallend is, hoe respectvol je bent naar je ouders, hoe zorgzaam en belangstellend naar je broers en zussen. Hoe serieus je bent, hoe blij je bent dat je de kaderschool mag volgen.
Niets dan lof in je brieven en hoe mooi Indië is. Maar ook hoe arm soms de bevolking en dat er honger is. In je brieven maak je je altijd zorgen om je moeder.

22-11-1936 schrijf je vanuit Soerabaya
“U bent toch niet treurig omdat ik een beetje ver weg zit ?
U moet maar zo denken “Als Gerard terugkomt dan is hij meer kerel dan wanneer hij
altijd thuisgebleven was” Geruststellen kon je haar helaas niet met die woorden want op een nacht werd zij wakker en riep uit “Mijn kind, mijn kind, mijn kind is vermoord”. Was het die 19de januari of was het haar angst?
Natuurlijk miste ook jij hen ontzettend.

21-02-1937 schijf je  vanuit Soerabaya
“De brief van  24 januari heb ik ontvangen. Zoo, dus jullie hebben onze aankomst in de Oost gezien, hè, nou , ik zou willen dat ik ook eens één van jullie zag op het witte doek.
Toen die film hier draaide van het huwelijk van de Prinses, heb ik nog speciaal zitten zoeken. Ik zag natuurlijk het bekende Haagje, maar geen één bekend gezicht”.

27-09-1938 schrijf je, nog altijd vanuit Soerabaya
“Het is behoorlijk spannend in Europa, hè? Ik hoorde zojuist dat de eerste schermutselingen zijn begonnen. Het is maar te hopen dat Holland er buiten blijft, hè.” Af en toe schrijf je het saai te vinden,

25-10-1936 schreef je al
“Binnenkort worden enige jongens  van ons overgeplaatst naar Balikpapan en Tarakan op Borneo. Voorlopig ben ik daar nog niet bij, alhoewel, een verandering zou mij niet onwelkom zijn”.

Wanneer weet ik niet, maar je werd overgeplaatst naar Tarakan.
Het werd je laatste bestemming .
De vrees van je ouders, je nooit meer terug te zien, werd hier bewaarheid.
Lang zijn je vader, je moeder, je broers en zusters in ongewisse gebleven over je lot.
Totdat uiteindelijk het vreselijke bericht hen bereikte hoe gruwelijk je leven beëindigd is.

Je was 5 jaar ouder dan mijn vader, je broer Frans en je was zijn grote voorbeeld.
Mijn vader overleed 2 jaar geleden, maar ik weet dat je , na naar Indië te zijn vertrokken,
nooit een dag uit zijn gedachten bent geweest.
Veel heeft hij mij over je verteld en ik heb het altijd betreurd je niet gekend te hebben.
Ieder jaar ging mijn vader met jullie oudste broer Jan naar de Indië -herdenking in Den Haag.

Met de onthulling van het monument ter nagedachtenis aan allen die samen met jou zijn omgekomen, gaat alsnog de grootste wens van mijn vader in vervulling.

Dank aan allen die dit mogelijk hebben gemaakt !

Een groepsfoto waar mijn oom Gradus Johannes Verpoort op de middelste rij de vierde van links is, oftewel hij staat direkt achter de enige militair met het lichtere pak.

Gradus_Johannes_Verpoort.JPG

januari 2012 – Sonja Verpoort

(onder foto’s kunt u een prachtige foto’s zien van oom Gerard)